Sinds een paar weken ben ik bezig met het breien van een sjaal. Breien vind ik een rustgevende bezigheid, geen schermpje waar ik uren naar zit te staren.
Vandaag heb ik mijn laatste bolletje wol voor mijn sjaal gekocht, 150 centimeter lijkt me lang genoeg. Omdat ik het jammer vind dat mijn breiproject bijna klaar is, heb ik meteen garen voor een andere sjaal gekocht. Onderdeel van het plezier is om naar de wolwinkel te gaan en daar garen te kopen. Één grote wand vol met garen. Het is bijna onmogelijk om te kiezen. Ik vind het fijn om aan de wol te voelen, het moet lekker zacht zijn en een klein beetje pluizen.
Een aantal opties had ik uitgekozen. Het is best lastig om in te schatten hoe de wol eruit ziet als het gebreid is. Ik kies altijd voor bol met een gemelangeerde draad in een bepaalde tinten. Het geeft een prachtig resultaat en het is volkomen uniek, er bestaat geen tweede sjaal die hetzelfde is.
De meneer in de winkel zei tegen me dat ik erg creatief ben. “Je pakt steeds een bol garen die alleen wordt gekozen door creatieve mensen”. “Het viel me al eerder op dat je niet om een patroon vraagt en zelf bedenkt hoe je het doet.” Door deze aanmoediging maakte ik een een andere keuze. Zes verschillende kleuren wol die afwisselend worden gebreid, met andere woorden door elkaar gebreid. Het duurde even totdat hij begreep wat ik wilde. Hij dacht dat ik één bol wilde breien en daarna een andere bol. “In uw hoofd ziet u het al helemaal voor u”. Ik dacht: “Nou, in mijn hoofd zie ik wel meer helemaal voor me”. Dat is dan waarschijnlijk mijn creativiteit. Hoe dan ook, mag het een koude winter worden. Met mijn sjaals ben ik er helemaal klaar voor.
En klaar is mijn sjaal