Tomboy

Morgen is het twee jaar geleden dat mijn moeder is overleden. Vreemd genoeg lijkt het alsof het gisteren was. Er is nog steeds een leegte die niet opgevuld kan worden, het blijft een enorm gemis. Het mooie is wel dat je niet minder van iemand gaat houden ook dat blijft hetzelfde.

De vraag is wat ik morgen ga doen, naar haar graf in Helmond om het te poetsen en er bloemen op te leggen, een kaarsje branden in de kerk, bloemen bij haar foto zetten en terugdenken aan haar als moeder.

Als kind was ik al anders dan andere kinderen. Ik wilde bijvoorbeeld niet met meisjesspeelgoed spelen maar met blokken, Lego, Playmobil, auto’s en een elektrische trein. Mijn moeder vond dat prima. Wel gaf ze me elk jaar met Sinterklaas een pop cadeau. Daar begreep ik helemaal niets van, hoe kan de Sint mij nou een pop geven. Het eindigde geloof ik bij een plaspop die ik binnen een dag had gesloopt. Ik wilde weten hoe het werkte; in de mond gaat het water, je knijpt in de bovenarm en dan gaat de pop plassen. Het hoofd heb ik ervan afgetrokken, de arm eruit gedraaid en op het lijfje heb ik staan stampen totdat het openging. Een kwestie van een paar slangetjes en een pompje. Einde pop!

Ik speelde ook altijd met jongens; voetballen, in bomen klimmen, vuurtje maken met een vergrootglas, visjes en kikkers vangen uit de sloot. Met de kikkers deden we een soort wedstrijd. We zetten twee kikkers naast elkaar en dan duwden we op hun kont. Ze gingen dan springen en de kikker die als eerste de eindstreep haalde had gewonnen. Ik vond het ook leuk om van alles uit elkaar te schroeven. Van mijn fiets had ik bijvoorbeeld een crossfiets gemaakt door de spatborden ervan af te schroeven. Daar was mijn vader niet zo blij mee.

Ik kwam vaak bij de huisarts omdat ik veel last had van oorpijn. Hij vond mij te jongensachtig en dat was niet goed. Ik moest meer opgevoed worden als een meisje. Zijn wijze raad was dat ik niet meer met jongens zou spelen en twee dagen per week een rok ging dragen. Anders zou ik niet leren hoe ik me als vrouw met een rok aan moest gedragen. Mijn moeder ging hier gelukkig niet helemaal in mee. In plaats van een rok droeg ik een broekrok. Ook mocht ik gewoon met jongens blijven spelen.

Bij mijn eerste communie moest ik natuurlijk wel een jurk aan. Mijn moeder had een communiejurk gemaakt die hetzelfde was als mijn doopjurkje. Op de dag van mijn communie klom ik met mijn jurk aan in een boom. Een buurvrouw die het zag ging naar mijn moeder: “Jullie Mayk zit in een boom, met haar witte jurk aan”. Ik moest direct naar binnenkomen en op de pianokruk blijven zitten totdat we naar de kerk gingen.

Mijn moeder was erg blij toen ik zelf kon lezen. Tot die tijd ging ik op elk moment dat ze ging zitten met een boek naar haar toe om me voor te lezen. Ik vond het erg fijn om met mijn duim in mijn mond en tutdoekje bij haar opschoot te zitten en naar haar te luisteren. Op een gegeven moment werd ik ook te groot, toen kon ze het boek niet meer zien als ik bij haar op schoot zat.

Mijn moeder vond het ook prima wat ik wilde lezen. Dat ik op achtjarige leeftijd een boek over Hitler van de volwassenafdeling wilde lezen was geen probleem. Maar de bibliotheek wilde het niet aan mij uitlenen zonder haar toestemming. Ook de schoolbibliotheek klaagde bij mijn moeder dat ik alleen maar informatieve boeken wilde lezen en geen verhalen. Die boeken waren bedoeld voor spreekbeurten, het was niet de bedoeling dat ik ze allemaal ging lezen. Van mijn moeder mocht wel einde “probleem”.

Ondanks dat andere mensen alleen maar problemen zagen heb ik een fijne jeugd gehad omdat mijn moeder me liet zijn wie ik was.

5 reacties

  1. Trudy

    Wat fijn om zo’n moeder te hebben gehad en met zulke herinneringen naar haar graf te gaan om haar te herdenken. Sterke daar.
    Ook aan mijn moeder heb ik ook heel goede herinneringen. Daar kun je als mens. verder mee.

  2. M van Boxtel je tante

    Mayke wat en fijne herineringen van mijn zus dat je ze steeds mist is heel berijpelijk hou de dingen vast je gaat ze steeds meer waarderen. Liefs van je tante

Geef een reactie