Verrassend València 5

Vandaag is het mooi weer, de zon schijnt. De terrassen staan weer op straat en de mensen zijn uit hun huizen gekomen. Zo ziet Valencia er toch een stuk vriendelijker uit.

Ciudad de las Artes y las Ciencias

Op de agenda staat “Ciudad de las Artes y las Ciencias”, oftewel de Stad van Kunst en Wetenschap. Met onder andere het grootste aquarium van Europa, een operahuis en een museum. Het is ontworpen door de beroemde Valenciaanse architect Santiago Calatrava. Het bestaat uit zes gebouwen, het hele bouwproject heeft uiteindelijk tien jaar geduurd. Zoals gebruikelijk is met dit soort grote projecten, is het budget ruim overschreden. De stad is er bijna failliet aan gegaan. Als je aankomt vliegen naar Valencia kun je het uit het vliegtuig goed zien liggen.

Palau de les Arts Reina Sofía

Om 11:45u had ik een rondleiding gereserveerd door “Palau de les Arts Reina Sofía” een concertgebouw. De route er naar toe had ik helemaal gepland; tram nemen, overstappen op een metrostation en dan nog een stukje lopen. Bij de tramhalte kon ik geen kaartje kopen omdat de zon op het scherm scheen en ik helemaal niks zag. Ik besloot om even over te steken naar het andere perron dat uit zon lag. Ik had mijn voet nog niet opgetild of vier bewakers van de tram kwamen naar me toe. Voor mij was het al een raadsel waarom er vier bewakers op zo’n verlaten tramhalte stonden. Nou dat was dus voor toeristen zoals ik, die een gele lijn negeerde. “Mevrouw, stop, dat is verboden, ziet u de gele lijn niet? U moet via het zebrapad oversteken” Dat meen je niet, dacht ik. Een totaal verlaten tramhalte, waar geen tram te zien is en waar de tram een rondje gaat rijden. Snelheid 0km. Onzin. Ik probeerde aan hen uit te leggen dat ik even over wilde steken. Ze vroegen me direct “Gaat u naar het strand? Deze tram gaat naar het strand.” Wat mankeert deze mensen dacht ik, ‘Toerist gaat vast naar het strand’. Toen ik zei dat ik naar “Ciudad de las Artes y las Ciencias” wilde gaan, herhaalden ze weer dat de tram naar het strand ging. Naar de ‘Ciudad’ moest ik met de bus, lijn 95. Ik legde ze nogmaals mijn reisplan uit. Nee, u moet met de bus, “line ninety five”. Ze wezen in een vage richting, “Daar is de bushalte”. Ik hoopte dat ze in zouden stappen in de volgende tram en ik zo alsnog mijn reisplan kon uitvoeren. Maar nee, het was blijkbaar nodig dat er vier bewakers op deze halte stonden. Dan maar met de bus.

Buslijn 95

Mazzel, bus 95 komt direct bij de halte aanrijden. Ik wil een kaartje kopen. Terwijl de bus al rijdt vraagt de chauffeur waar ik naar toe wil gaan. Naar de “Ciudad de las Artes y las Ciencias”. Heel hard trapt hij op de rem, ik vlieg bijna door voorruit. “Nee, dan moet u de andere kant op”. Hij opent de deuren en daar sta ik dan midden op een rondweg. Oké, ik moet de andere kant op maar waar is de halte? Na wat logisch nadenken en een stuk lopen, vind ik een bushalte waar een bus komt die de andere kant opgaat. Bij deze halte stopt bus 95 echter niet. Uiteindelijk vind ik een halte waar bus 95 stopt. Volgende probleem, de sticker met nummer 95 is afgeplakt. Inmiddels werd ik er een beetje moedeloos van, kansloos. Ik had nog een half uur voor de rondleiding begon. Dan maar een taxi nemen. 

Ik zei tegen de taxichauffeuse “Ik wil naar Palau Reina Sofía” om het kort te houden. “Weet u dat zeker” vroeg ze nog. “Ja, dat weet ik zeker” Vamos! Rijden met die kar’ denk ik. Ze zet me af bij een gebouw dat ik niet herken als het gebouw waar ik naar toe wil gaan. Het is een mooi gebouw, maar toch ga ik binnen vragen waar ik ben aangekomen. Blijkt het een een ander theater te zijn, namelijk “Palau de la Música de València”. De beveiliger loopt met me naar buiten en wijst naar het gebouw waar ik wel moet zijn. Als ik aan haar vraag hoe lang het lopen is, antwoordt ze “een half uur”. Spanjaarden lopen erg langzaam, voor een Nederlander is het een kwartier lopen. 

“you, go to the toilet”

Precies op tijd kom ik aan bij ‘Palau de les Arts Reina Sofía’. De gids spreekt engels en zegt “You, go to the toilet” 

“How do you know that I need to go to the toilet?” is mijn antwoord.

“I don’t know, but you go”. 

Ik dacht oké, laat ik dan maar gaan, het zal wel ergens goed voor zijn. 

Het gebouw was prachtig en de gids legde alles goed uit. Je moest alleen geen vragen stellen want  dat viel buiten haar repertoire. Ik zag een paar ramen loshangen en vroeg aan haar of dat zo hoorde. “All good, no problem” 

Als je van moderne kunst houdt is het zeker de moeite waard om hier een keer naar toe te gaan. Het is echt indrukwekkend.

Hoteldeur

Toen ik terugkwam in mijn hotel stond tot mijn grote schrik, de deur van mijn hotelkamer open. Direct controleerde ik of er iets verdwenen was. Gelukkig was alles er nog. De schoonmaakster had de deur niet achter zich dichtgetrokken. Ik was er wel helemaal klaar mee. Dat je mijn koeken opeet is nog daar aan toe, maar de deur open laten staan… Bij de receptie van het hotel ging ik mijn beklag doen. Ze begrepen mijn probleem niet, alles was er toch nog. Ik probeerde uit te leggen dat ik er nerveus van word als ik door de stad loop en niet zeker weet of mijn hotelkamerdeur dicht is. Ze zouden de schoonmaakster erop aanspreken. 

Berenleed

’s Avonds werd ik lastiggevallen door een dansende beer. Hij begon heel hard te gillen en zwaaien toen hij me zag lopen. Met veel moeite kon ik mijn neiging, om hem te gaan schoppen, onderdrukken. Ik dacht dat ze alleen in Madrid waren, nu dus ook in Valencia. 

Op een verwarmd terras heb ik nog pompoen met chocolade ijsje gegeten, erg lekker. Dat maakte mijn dag weer goed.