Gedichten die door mij zijn geschreven begin jaren negentig. Een manier om de saaie schooldagen door te komen. Het zijn tijdloze gedichten die, volgens mij, na twintig jaar nog steeds het lezen waard zijn.
Regen – druppel
Water- spat
Ruiten – wisser
Riool – gat
Para –pluie
Wat gebeurt er nu,
Hoorbaar regen, zichtbaar niet
Eenmaal buiten
Het regent dat het giet.
De dingen om haar heen
De oude vrouw zit op een bank.
in de schaduw onder een boom,
beschermt tegen de hete zon.
Ze kijkt naar de dingen om haar heen.
Twee kinderen proberen een eend te pakken .
Langzaam gaat ze terug naar haar jeugd.
Ze denkt aan haar man met zijn mooie glimlach,
die eens liefkozend hier naast haar zat.
Voorzichtig probeert zij zijn hand te strelen.
Dan hoort ze een eend hard kwaken, en
zij beseft dat hij hier nooit meer zal zijn.
Met een zakdoek droogt ze haar tranen,
ze kijkt naar de dingen om haar heen.