Omslag in denken

“Ik ben er nog niet gerust op”

Op 1 januari 2020 wordt de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet Bopz) vervangen door de Wet Verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Ik ging hierover in gesprek met Ton-Peter Widdershoven, Senior jurist bij Stichting PVP. Hij was zijdelings betrokken bij de vormgeving van deze nieuwe wet. Ondanks dat het een serieus en ingewikkeld onderwerp is over droge materie hebben we ook veel gelachen.

Leidt de Wvggz tot een verbetering in de behandeling van mensen met psychische klachten?

Ton-Peter: “Ik zit in het kamp van de voorzichtige voorstanders: het is een verbetering voor de rechtspositie van cliënten. Tenminste theoretisch. Het sleutelwoord is maatwerk: “Wat is het minst ingrijpend voor deze cliënt?” De betrokkene heeft onder de nieuwe wet meer zeggenschap over zijn behandeling. De mogelijkheden om de gedwongen behandeling te laten toetsen door een rechter zijn ook verbeterd. In principe is er een optie bijgekomen: thuis gedwongen behandeld worden. Wil je dit niet, dan bestaat altijd nog de mogelijkheid voor een gedwongen opname in een ziekenhuis.”

Toen ik me ging verdiepen in deze wet, bekroop me het gevoel dat het een verkapte bezuinigingsmaatregel is. Opname in een ziekenhuis is veel duurder dan thuis behandeld worden. Ton-Peter: “Ik zou het een schande vinden als dit het gevolg is van de nieuwe wet. De cliënt moet altijd kunnen kiezen voor een opname. Het kan niet zo zijn dat er geen plek is en hij hierdoor thuis onder dwang behandeld wordt. Het is een keuzemogelijkheid.”

Ton-Peter: “Waar het mij om gaat is dat er een omslag moet plaatsvinden in de manier waarop we nu denken over het behandelen van mensen met psychische klachten. We vinden het heel normaal dat een patiënt gedwongen wordt opgenomen in een ziekenhuis als hij een gevaar vormt voor zichzelf of anderen en geen opname en behandeling wil.” 

In hoeverre doet de wet recht aan de wensen van de cliënt?

De wijziging van de naam psychiatrisch ziekenhuis naar accommodatie vond ik  verrassend. Als dierenvriend lijkt de nieuwe wet een uitkomst voor mensen met huisdieren. Je kunt dan eventueel thuis blijven en zorgen voor je vijf honden, dat is voor veel mensen erg belangrijk. Ton-Peter: “Maar ik heb ook een collega die er dus juist niet aan moet denken, aan dwang en controle thuis.”Maar is dit wel normaal? Ton-Peter: “Eerlijk gezegd heb ik mezelf die vraag nooit gesteld.” Het is voor mij een vaststaand feit, denk ik. Of je werkt mee aan je behandeling, zo niet dan word je gedwongen opgenomen. Als je daar dan expliciet aan toevoegt, tegen je wil. Dan begint het al te schuren. Het is een ingrijpende beslissing die anderen voor je nemen. Je gaat je huis uit en je komt terecht op een plek waar andere zieke mensen zitten en waarmee je de dag moet doorbrengen. Als je behandeling weigert in het ziekenhuis en dit tot gevaar leidt dan kun je onder dwang behandeld worden waarvan opsluiting in een isoleercel een mogelijkheid is. Toch is er geen enkel verzet vanuit de samenleving. Niemand zegt, dit kan toch niet! Geen betogers voor de deuren van psychiatrische ziekenhuizen. Zo werkt het nu eenmaal, punt. Bovendien is dit het beste voor de patiënt, denkt men. Maar wie bepaalt wat het beste is, de behandelaar, de rechter, de familie of de cliënt zelf? Ton-Peter: “ Ik   vind het belangrijk om deze vragen eens op tafel te leggen en om te gaan kijken hoe het anders kan.”

Het wordt een spannende tijd voor de dwangpsychiatrie. Ton-Peter: “Ik ben er nog niet gerust op dat het gaat lopen zoals het zou moeten. Goed toezicht door de inspectie is nodig. De belangrijkste vraag is of de patiënt die dwang en ongewenste bemoeienis straks moet ondergaan er veel beter van wordt. Een andere vraag is wat de gevolgen zullen zijn voor naasten van de cliënt en in breder perspectief de buurt en samenleving.”

Tekst en foto: Mayke Merkx

Cliëntenblad Lister UP 3 * 2019 Thema: Verlies

Vraag het de lente

Briefwisseling met meneer Bloei geschreven voor Up Cliëntenblad Lister. Deze keer was het thema bloei. Met een illustratie van Xandra Knoth.

Beste meneer Bloei,

Ik begrijp dat u het druk heeft nu de lente weer is aangebroken. Een hele klus om alles weer tot leven te brengen. Wat ik altijd zo knap vindt is dat u iedere boom en bloem een tijdstip geeft om te gaan bloeien. Ik verheug me elk jaar weer op het moment dat de magnolia voor mijn raam tot bloei komt. Nu bloeit de gouden regen ook erg mooi. 

De reden van deze brief is dat mijn hoofd maar niet tot bloei wil komen. Het blijft hangen in een kille miste, een glibberige ijsvlakte. Iedere dag kijk in de spiegel om te zien of ik een blos op mijn wangen heb gekregen van de lentezon. Helaas ben ik nog steeds bleek en lijk wat levenloos. Wat zou u me kunnen aanraden om ook tot bloei te komen? Misschien ben ik een laatbloeier dat kan natuurlijk en moet ik gewoon nog even wachten. Maar toch, wanneer gaat de zon mij weer verwarmen en loopt mijn gevoel uit als groene blaadjes aan een boom. 

Iedereen adviseert mij om naar buiten te gaan, wandelen in het bos of fietsen door de polder. En hier dan vooral van te genieten. Als het nog geen lente in je hoofd is, is het moeilijk om te genieten. Beter gezegd het kan zelfs gaan irriteren, de lammetje dartelen in de wei en ik neem het ze kwalijk. “Achterlijke dieren, sta eens even stil dan zul je ook zien dat het allemaal niet zo mooi is als het lijkt.” Ik moet het ze eigenlijk gunnen dat ze nog zo jong zijn en zorgeloos kunnen rondrennen.

Je kunt allerlei cursussen volgen en healingsessies doen om de lente tot je te laten komen. Maar Meneer Bloei u weet toch ook dat het niet zo eenvoudig is. Alles kost tijd en moeite en om op een bedje met bloesem te gaan liggen zoemen dat is niet voldoende. Ik drink liters lindebloesemthee maar daar gaat mijn buik alleen maar zeer van doen. Vroeger toen ik nog jong was had ik lentekriebels en werd ik verliefd op meerdere jongens tegelijk. Helaas of misschien gelukkig hoefde ik niet te kiezen want het was niet wederzijds. Jammer dat ik toen niet wist dat het fijne lentegevoel weg kon gaan. Het was vanzelfsprekend, net zoals dat er na iedere winter weer een lente komt.

Ik hoop dat ik snel weer tot bloei kom en daarna verder kan gaan groeien. Dat mijn wortels steviger in de grond zitten en ik het positieve gevoel kan vasthouden. Waardoor ik beter bestand ben tegen de kilte die in mijn hart wil kruipen.

Hopelijk heeft u even tijd om over deze brief na te denken. Ik geloof dat u me kunt helpen en met een oplossing komt.

Vriendelijke Groeten,

Mayke

Beste Mayke,

Dank je voor de mooie brief die je me hebt geschreven. Voor mij is het moeilijk voor te stellen dat de lente niet doordringt in je hart. Ik zou ook zeggen, kijk om je heen en geniet. Ik zorg er inderdaad voor dat alles aan de beurt komt. Eerst de sneeuwklokjes en krokussen, dan de blauwe druifje en tulpen. De gouden regen bloeit na de magnolia. Zonder regelmaat zou het een zooitje worden, dan weten de mensen ook niet waar ze aan toe zijn. Eerst bloeiende rozen en dan de sneeuwklokjes het zou een dolle boel worden.

Zoals iedere plant en bloem op zijn beurt moet wachten geldt dat misschien ook voor jou. Ergens in je hart zit nog een zaadje van licht en warmte en dat gaat ontkiemen waardoor ook jij weer tot bloei komt. Het is inderdaad een voorrecht van de jeugd om  onbezonnen en vrolijk te kunnen zijn. Zo kunnen ze zich goed ontwikkelen en sterk worden. 

Ik ken je niet goed, dit is de eerste brief die ik van je ontvang. Daarom wil ik niet met allerlei adviezen komen dat doen mensen in je omgeving al en daar kan ik niets aan bijdragen. Wat ik wel weet is dat sommige mensen kwetsbaarder zijn dan anderen en niet zo makkelijk tot bloei kunnen komen. Je zegt het zelf al je hebt sterke wortels nodig om overeind te blijven staan bij tegenslagen in het leven. Zodat je bij een harde wind meebuigt en niet zult breken. Soms krijg je in het leven krassen in je ziel en het kost tijd om deze weer minder diep te laten worden.

De cursussen en healingsessies daar heb ik niet zoveel vertrouwen in. Het zal het natuurlijke proces van de loop van je leven niet veranderen. Met de lindebloesem zou ik stoppen of in ieder geval minder ervan drinken. Wat je wel moet doen is blijven is hopen en dromen. Op een dag sta je weer in bloei en groeien er groene blaadjes het is een natuurlijke cyclus. Het kan soms wel even duren en misschien wel veel langer dan je had gehoopt. Als het weer eens erg kil is in je hoofd, sluit dan je ogen en denk aan de magnolia in bloei voor je raam. Probeer iedere bloem te zien en kijk naar ieder blaadje van de bloem. Ga in je gedachte dan weer terug naar de grote bloeiende boom. Misschien lukt het je niet in een keer maar ook volgend jaar gaat de boom weer bloeien. Dan kun je naar de boom kijken en door er meer van te genieten kun je de bloemen beter onthouden. 

Als ik je brief lees voel ik je verdriet, ik ben er ook door geraakt. Lieve Mayke, het zaadje van licht en warmte zit in je hart en het komt weer tot bloei, geloof me

Veel liefs en sterke, meneer Bloei

UP: Creativiteit & herstel

Cliëntenblad Lister UP 1 * 2019 Thema: Creativiteit

Bij een opname denk je niet als eerste aan creatieve therapie. Toch kan het een belangrijk onderdeel zijn van de behandeling. 

Het belangrijkste doel er- van is het herstel van de patiënt door doen en ervaren. De uitgangspunten zijn de wens en mogelijkheden van de patiënt. Creatieve therapie is een goede manier om dingen op een rij te zetten omdat je daardoor uit het denken kan komen. Zo kan er bijvoorbeeld worden gewerkt aan een verbetering van het zelfbeeld, een verbetering van de stemming, het leren omgaan met emoties of rouwverwerking. 

Bij de therapie wordt gebruik gemaakt van diverse materialen en technieken zoals: tekenen, schil- deren, houtbewerking, kleien, tex- tiel en metaal. Het hoofddoel is niet het eindresultaat maar de weg ernaar toe. Creatieve aanleg hoef je niet te hebben. 

Bijzonder aan deze therapie is dat de patiënt iets maakt wat tast- baar en concreet is. Je kunt het bewaren, en er later op terug- kijken of het juist wegdoen om een bepaalde periode in je leven af te sluiten. 

Voor het thema van deze UP had ik een interview met Wilma. Zij is een van de activiteitentherapeuten 

in het UMC Utrecht. Ze werkt er al vele jaren met enthousiasme en plezier. Tijdens ons gesprek wordt duidelijk hoe belangrijk activiteitentherapie is voor het herstel van de patiënt. 

Om te beginnen… 

Als een patiënt net is opgenomen, toont Wilma de mogelijkheden en laat de keuze aan de patiënt. Mensen zijn vaak overweldigd door alle opties. Haar uitgangs- punt is dat iedereen kwaliteiten heeft. Iedereen kan wel iets doen. Als iemand eerst wil bedenken wat ie gaat doen en alleen een kopje koffie drinkt, dan is dat ook prima. Het kan zo zijn dat iemand gestimuleerd moet worden om iets te gaan doen teneinde de passiviteit te doorbreken en in te gaan tegen het depressieve gevoel van “Ik kan er toch niks van maken”. Wilma stelt dan voor om iets simpels te maken, een armbandje met kralen bijvoorbeeld of mandala’s kleuren. Ze zal echter niets aan iemand opdringen. 

De uitkomsten 

Ten eerste geeft het ontspanning en afleiding. Verder is het ook 

belangrijk voor het herstel van de patiënt omdat de therapie je dichter bij jezelf brengt en het verandering in gang zet. Het geeft nieuwe manieren om oplossingen te vinden en anders met bepaalde situaties om te gaan. Ten slotte draagt het ook bij aan zingeving en invulling. 

“Leren experimenteren geeft plezier en ontspanning” 

Iemand die altijd alles onder controle wil houden, kan een techniek proberen die alles aan het toeval overlaat. Door de regie los te laten en af te wachten wat het resultaat is. Met een “toevalstechniek” bijvoorbeeld batikken, leer je weer leren spelen en experimenteren en geeft daardoor plezier en ontspanning Er zijn mensen die moeilijk over hun gevoelens kunnen praten. Door creatief bezig te zijn, kunnen zij zich wel uiten. Je maakt op een andere manier contact met jezelf. Het is ook een manier om je 

gedachten op een rij te zetten en om te stoppen met piekeren.Soms herinnert de ruimte waar acti- viteiten therapie plaatsvindt aan de middelbare school. 

Patiënten krijgen zo het gevoel dat ze moeten presteren; een bepaalde opdracht moeten maken. Het gaat hier niet om een eindresultaat maar om de weg daar naar toe. Het ervaren en inzicht krijgen door de manier waarop je iets maakt. Activiteitentherapie biedt nieuwe manieren om oplossingen te vinden en om anders met bepaalde situaties om te gaan. 

Iemand kan heel perfectionistisch zijn of de lat hoog leggen. Dit komt dan ook tot uiting in het dagelijks leven, ook anderen moeten aan hoge eisen voldoen. Dit kan tot problemen leiden in een relatie of op het werk. Je ziet veel karaktereigenschappen naar boven komen als iemand iets aan het maken is. Het is belangrijk dat de patiënt ervaart dat minder ook goed genoeg kan zijn. 

Soms leren mensen iets wat ze thuis ook kunnen gaan doen. Zo was er bijvoorbeeld een patiënte die wel kon breien maar niet 

kon haken. Ze wilde dat graag leren. Nu ze weer thuis is kan ze daarmee verder gaan. 

Groepsdynamiek… 

In principe werkt iedere patiënt aan zijn eigen project. Het is bijzonder om te zien dat patiënten geïnteresseerd zijn in elkaars werk. Bij psychische klachten kunnen mensen erg naar binnen gekeerd zijn en afgesloten zijn van de ruimte en mensen om zich heen. Wilma probeert soms de patiënten te stimuleren van elkaar te leren hoe ze iets kunnen maken. De één heeft de expertise en kan de ander iets leren. Dit vergroot het gevoel van eigenwaarde. Doordat iemand anders het werk waardeert krijgt hij een goed gevoel, “ik ben iets en kan iets”. 

Eigen ervaring 

De eerste keren dat ik deze therapie volgde, zat ik voor me uit te staren in het niets. Ik voelde me leeg en kon geen keuze maken om iets te gaan doen. 

Het eerste wat ik maakte kan ik me nog goed herinneren. Het was een variant op Icarus, een schilderij met alleen maar rood, geel en wit met een grote vogel 

die zijn vleugels gaat verbranden door de hitte van de zon.
In het begin dacht ik dat alles een kunstwerk moest worden. Bij iedere penseelstreek was ik bang om het te verprutsen. Ik voelde me ook erg onzeker omdat ik geen ervaring had met creatieve therapie. Alleen op de middelbare school bij tekenles maar dat was geen succes. 

Ik kreeg steeds meer het gevoel dat ik het los moest laten en gewoon moest gaan beginnen met schilderen. De gedachte van het wordt niets veranderde in het wordt altijd wat. Het hoeft ook niet altijd mooi te zijn. 

Soms kan ik met woorden niet zeggen wat er in me omgaat. Met een simpele tekening kan ik laten zien wat er met me gebeurt, waarom ik me zo rot voel. 

Het kan heel confronterend zijn om te zien wat je maakt. In het begin is het doodeng om je op deze manier te uiten. Uiteindelijk zie je je vooruitgang ook terug in je werk. Van een groot rood geel schreeuwend werk naar een dromerig landschap. Door alle werken bij elkaar te zien, krijg je ook meer inzicht in jezelf. 

Dilemma’s

Het Cliëntenblad Up willen we graag verjongen, zodat het ook voor jongere lezers interessant is. De redactie is veertig plus dus dat wordt een uitdaging. Op het internet ben ik gaan zoeken naar sites voor “jongeren”. Een populair onderwerp is het “Dilemma”, Wat zou jij doen als…? Bij de komende redactievergadering gaan we overleggen of het een goed idee is. Om heel eerlijk te zijn, is het een waardeloos idee. Vraag aan een autist wat zou jij doen…? Geen idee, ik ben niet echt assertief. Beter gezegd sub-assertief of gewoon bot. 

Nou dit is het dilemma dat ik heb voorgesteld aan de redactie. De adviezen hebben ik op het internet gevonden. 

Dilemma : Staat je buurvrouw vaak onverwachts aan de deur? 

Je vindt het vast fijn om te weten wie je buren zijn. (Nee, liever niet. Als ik er maar geen last van heb). Even een praatje maken, pakketje voor elkaar aannemen (Nee, ik heb geen zin om helemaal naar beneden te lopen om de deur open te doen) of planten water geven tijdens de vakantie. (Al mijn planten gaan dood, foute adres) Daar ben je buren voor. Maar wat moet je doen als de buurvrouw te pas en onpas voor je deur staat? Je keuken inloopt en melk uit de koelkast haalt? Ze zeggen wel “beter een goede buur dan een verre vriend” maar is dit ook zo.

Om te beginnen is het belangrijk om je eigen voorkeur ter sprake te brengen. Zeg bijvoorbeeld dat je het druk hebt gehad en deze morgen/middag/avond even tot rust wilt komen met niets aan je hoofd. Geef daarbij aan dat je een andere keer graag bijpraat (Wat mij betreft ergens in de verre toekomst). ”Ik spreek je later wel weer, nog een fijne dag”. (Rot lekker op!) Als ze ’s avonds laat een pakketje komt ophalen en een gesprek begint kun je zeggen: “Ik ben moe en stond op het punt om naar bed te gaan” (In mijn geval is dat 24 uur per dag waar). Je hoeft het niet te accepteren dat je buurvrouw dingen uit je koelkast haalt. (Dat is gewoon diefstal en ik zou een klap verkopen) Zeg dat je het zelf nodig hebt en geen boodschappen wilt gaan doen. Wacht niet te lang met het aangeven van je grenzen, anders komt de dag dat je roept: “Ik heb er genoeg van! Ga weg.” (Dat zou mijn eerste reactie zijn)

Samengevat is het advies: vriendelijk en beleefd blijven, je eigen plannen aankondigen en een belofte doen voor later contact.

Hopelijk heb je wat aan mijn goed bedoelde adviezen.

Hoog Catharijne, the Mall

Afgelopen maandag werd ik gebeld door Fred, de fotograaf van het Up Magazine. Hij vroeg of ik tijd had om een paar foto’s te gaan maken van Hoog Catharijne. Hij wilde eigenlijk zelf gaan maar dacht “Mayke is een fotograaf ter plaatse, die kan de foto maken”. Voor de Up had ik namelijk al eens eerder een aantal foto’s gemaakt. Mijn Spaanse les was verzet dus ik kon wel even naar Hoog Catharijne fietsen. Ik moest direct gaan omdat de zon scheen en het licht goed was om drie uur ’s middags. Hij stuurde me een voorbeeld van een foto die was genomen van een “hoge positie” zodat het dak erop stond.

Eenmaal aangekomen bij Hoog Catharijne zocht ik naar een hoge plek. Tegenover de ingang was er een restaurant met een terras. Maar ja, hoe kom ik daar? Met de lift kon ik naar boven. Nadat ik per ongeluk op de alarmbel had gedrukt, knopjes blijven ingewikkeld, hoorde ik ineens een man vragen wat het probleem was. Ik dacht dat ik onrechtmatig gebruik maakte van de lift, maar de man zei dat ik zelf op het alarm had gedrukt. Nou ja, niks aan de hand dus. Ik strandde op de eerste verdieping.

In het restaurant werd ik in het Engels begroet, het meisje sprak geen Nederlands. Ik vind dat een vreemde ontwikkeling, dat ik in Nederland Engels moet praten in een café of restaurant. Maar dit terzijde. Ik vroeg aan het meisje of het terras bij het restaurant hoorde. Dat klopte maar door de harde wind was het gesloten. Om een paar foto’s te maken wilde ze de deur wel open doen.

Er was één probleem, er stond een glazen wand als omheining en die verpestte mijn foto’s. Ik ben op een bankje gaan staan zodat ik er over heen keek. Nog een beter plan leek het me om op de tafel te gaan staan. Toen had ik last van een parasol die tegen me aanwaaide. Ik probeerde mijn evenwicht te bewaren zodat ik niet naar beneden viel. Ik was zo gefocust op het maken van een mooie foto dat ik niet echt nadacht over mijn levensgevaarlijke capriolen. Maar de foto’s zijn mooi geworden.